Stand van zaken van sociaal medisch beoordelen

Stand van zaken van sociaal medisch beoordelen

Regelmatig rapporteert het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) over de stand van zaken met betrekking tot sociaal-medisch beoordelen. Op 23 oktober 2024 heeft minister Van Heijum weer een nieuwe update aan de Tweede Kamer gestuurd. Niet verrassend wordt in deze brief uitgegaan ingegaan op de achterstanden bij het UWV in de WIA-beoordelingen en over de ontwikkelingen hierin.  

Achterstanden UWV 
Het UWV, de uitvoeringsinstelling die belast is met de WIA-claimbeoordeling, kampt met forse achterstanden. Waar de vorige voortgangsbrief nog redelijk positief van toon was, is deze laatste brief dat niet. Het aantal WIA-aanvragen zal naar verwachting in 2024 uitkomen op ongeveer 79.000, waar het in 2023 nog om 76.000 aanvragen ging. Ook voor 2025 wordt verwacht dat er ongeveer evenveel WIA-aanvragen zullen worden gedaan als in 2024. In de brief geeft de minister aan dat hij verwacht dat het UWV in 2025 tussen de 66.200 en 70.000 WIA-claimbeoordelingen zal kunnen doen. De minister waarschuwt dan ook voor een toename van de achterstanden bij het UWV. 

Beëindiging 60-plusmaatregel 
In oktober 2022 is een tijdelijke maatregel van kracht geworden die heeft geleid tot een vereenvoudigde WIA-beoordeling voor 60-plussers. Deze maatregel houdt in dat, als zowel werknemer als werkgever akkoord zijn, bij de beoordeling geen verzekeringsarts wordt ingezet, maar dat er gebruik wordt gemaakt van arbeidsdeskundigen. Volgens de voortgangsbrief heeft dit geleid tot jaarlijks ongeveer 10.000 extra beoordelingen door het UWV. Toch heeft de minister besloten deze tijdelijke maatregel per 2025 niet te verlengen.  

De minister schrijft hier ondermeer over: “Ik heb besloten om niet te verlengen. Net zoals mijn ambtsvoorganger neem ik de besluitvorming over de 60-plusmaatregel niet lichtzinnig. Het gaat immers om een buitenwettelijke maatregel, die onderscheid maakt naar leeftijd, waarbij 60-plussers veelal een WGA 80-100 uitkering toegekend krijgen zonder beoordeling door een verzekeringsarts. Hierdoor stromen meer 60-plussers de WIA in en krijgen 60-plussers vaker een WGA 80-100 uitkering dan voorheen.” 

 De 60-plusmaatregel leidt tot ondermijning van het level playingfield in de hybride markt van de WGA, omdat er een belangrijk verschil bestaat in financieringssysteem tussen private partijen en het publieke bestel. Wat dat betreft is het goed nieuws dat de maatregel niet verlengd wordt. Dat het beëindigen van de maatregel leidt tot extra achterstanden in de beoordelingen door het UWV is echter spijtig. 

Vorming sociaal-medische centra 
Binnen het UWV wordt gewerkt aan de transitie naar werken vanuit sociaal-medische centra (SMC). De SMC’s zijn verantwoordelijk voor de keuringen binnen hun eigen regio’s. Binnen een SMC wordt gewerkt in een multidisciplinair team van ondermeer arbeidsdeskundigen, sociaal-medisch verpleegkundigen, re-integratie- en procesbegeleiders en verzekeringsartsen. 

Per 2025 moeten alle districten binnen het UWV werken op basis van SMC’s. De minister waarschuwt voor teveel optimisme: “Hoewel de ambitie is dat op 1 januari 2025 alle teams werken als SMC’s in de basis, duurt het wat langer voordat dit effect gaat hebben. Naarmate SMC’s in de basis zich verder door ontwikkelen tot volwaardig SMC zal het effect groter worden”, aldus minister Van Heijum. In een bijlage bij de Kamerbrief is een evaluatie van een proef met het werken met SMC’s opgenomen. 

OCTAS 
Begin van dit jaar heeft de Onafhankelijke Commissie Toekomst Arbeidsongeschiktheidsstelsel (OCTAS) het rapport met aanbevelingen over de toekomst van het Nederlandse arbeidsongeschiktheidsstelsel opgeleverd. Vanwege de problemen bij het UWV lijkt het erop dat minister Van Heijum haast wil maken met het aanpassen van het arbeidsongeschiktheidsstelsel.  

De minister spreekt in zijn brief over een “vereenvoudigingen in het stelsel”. Of dit wijst op overname van het voorstel “huidig stelsel beter” of dat wordt bedoeld dat geen van de drie OCTAS-voorstellen volledig wordt overgenomen is niet duidelijk. 

De minister schrijft ook: “De aanbevelingen van OCTAS worden op dit moment nader uitgewerkt en ik verwacht uw Kamer hierover eind dit jaar te informeren.” Deze brief van de minister aan de Tweede Kamer over OCTAS kan erg belangrijk zijn voor de toekomst van het arbeidsongeschiktheidsstelsel en zal dan ook met belangstelling tegemoet worden gezien door alle betrokken partijen.