Wat betekent de aanpassing van het Nationaal Regime voor jou?

Wat betekent de aanpassing van het Nationaal Regime voor jou?

Het Nationaal Regime is per 1 april 2019 aangepast. De impact van deze wijziging is voor jou als adviseur beperkt. In dit ledenbericht zetten we de gevolgen voor jouw bedrijfsvoering op een rij. Hierbij gaan we er vanuit dat je een vergunning hebt voor het adviseren over levensverzekeringen of hypothecair krediet en in dat kader ook gebruik maakt van het Nationaal Regime. Let op: de niet-besproken eisen die sinds de invoering van het Nationaal Regime in 2008 zijn ingevoerd, gelden dus nog steeds. 
 

Vakbekwaamheid 
Bij de consultatie van de aanpassing van het Nationaal Regime heeft een flink aantal partijen gepleit voor de toepassing van de vakbekwaamheidseisen uit Mifid II. Dit zou voor kantoren die gebruik maken van de vrijstellingsregeling Nationaal Regime tot een forse – en wat Adfiz betreft onnodige – verzwaring van de vakbekwaamheidseisen hebben geleid. In onze reactie hebben wij hier dan ook krachtig tegen geageerd en voorgesteld de eind- en toetstermen voor Wft Vermogen te actualiseren naar aanleiding van Mifid II. Als adviseur moest je immers al een Wft-diploma Adviseur Vermogen hebben. Bij de aanpassing van het Nationaal Regime heeft de wetgever ook voor deze oplossing gekozen. Je hoeft dus geen nieuwe diploma’s te halen. Geruchten in de markt dat adviseurs die gebruik willen blijven maken van het Nationaal Regime aan nieuwe vakbekwaamheidseisen moeten voldoen, zijn dus onjuist. 

Dossiervorming 
De eisen voor de dossiervorming bij advies aan je klant zijn op een aantal onderdelen aangescherpt: 

  • De bewaartermijn voor gegevens met betrekking tot het beleggingsadvies en de ontvangen en doorgegeven orders is ten minste vijf jaren (was tenminste één jaar). 
  • Op het moment dat de klant telefonisch een beleggingsorder doorgeeft of zijn keuze voor een bepaald beleggingsprofiel kenbaar maakt, moet dit gesprek worden opgenomen. Je kunt dit praktisch oplossen door de klant te vragen zijn keuze schriftelijk (bijv. per e-mail) te bevestigen.  

Advies 
Op grond van het ken-je-klant-principe moet je als adviseur een geschiktheids- en passendheidstoets uitvoeren. Onder het Nationaal Regime moet je in het advies aan de klant ook expliciet kenbaar maken hoe het geadviseerde product aansluit bij de persoonlijke situatie van de klant. Dit kun je opnemen in een (vormvrije) geschiktheidsverklaring. Deze geschiktheidsverklaring kennen we al van beleggingsproducten die onder de IDD vallen (zie Stap 5 van de IDD checklist). 

Verder is nieuw dat je bij het geven van advies aan moet geven of je als adviseur afhankelijk of onafhankelijk van een bepaalde aanbieder adviseert. Daarnaast moet je aan de klant kenbaar maken of je een brede of beperkte analyse van beleggingsfondsen maakt.  

Kostentransparantie 
Onder het oude Nationaal Regime moest je de klant in kennis stellen van de kosten van het product en de kosten van de beleggingsdienstverlening. Sinds 1 april 2019 moet je de klant vooraf inzicht geven in de totale kosten én het cumulatief effect van de kosten op het rendement. Dit cumulatieve effect moet voor de klant inzichtelijk worden gemaakt door middel van een illustratie. De verwachting is dat aanbieders je hier actief in gaan ondersteunen. Daarnaast moet je de klant jaarlijks informeren over de totaal in rekening gebrachte kosten. 

Stappenplan Nationaal Regime 
Uit ledenvragen naar aanleiding van de aangekondigde wijziging van het Nationaal Regime en onze consultatiereactie maken wij op dat er bij veel leden vragen leven over de werking van het Nationaal Regime. Om deze onduidelijkheid weg te nemen komt Adfiz net als bij de invoering van de AVG en IDD binnenkort met een Nationaal Regime-stappenplan. Hierin nemen we je mee in alle zaken waar je aan moet denken als je gebruik wilt maken van deze wettelijke vrijstellingsregeling.