Regeringscommissaris transitie pensioenen: omzettingstrajecten naar voren halen en doorlooptijden verkorten

De Regeringscommissaris transitie pensioenen (rctp) heeft een tweede rapportage uitgebracht over de voortgang van de pensioentransitie. Het advies van de rctp is gebaseerd op diverse databronnen (ministerie SZW, toezichthouders en sectorpublicaties) en met de pensioensector gevoerde gesprekken. 

De verantwoordelijkheid van de rctp is een onafhankelijk oordeel te geven over de voortgang met het oog op de uiterste transitiedatum (1-1-2028), knelpunten te signaleren en het aandragen van mogelijke oplossingen hiervoor.

Verzekerde regelingen
De rctp rapporteert dat verzekeraars 48.299 uitvoeringsovereenkomsten en ppi’s 22.750 contracten hebben (resp. 1.408.006 en 1.543.275 deelnemers). Er zijn nog 3 natuurlijke omzettingsmomenten (per 1 januari 2026, 2027 en 2028). De uitvoerders verwachten dat nog 40% van de omzettingen op het laatste transitiemoment plaatsvinden; een aanzienlijk deel. Daarbij wijst de rctp erop dat meerdere werkgevers er bij een verlengingsmoment voor kiezen om het bestaande contract nog te verlengen. Ook bestaat – onterecht – het beeld dat een werkgever bij eerbiedigende werking eigenlijk niets hoeft te doen. Dit uitstelgedrag kan leiden tot piekbelasting bij pensioenadviseurs, verzekeraars en ppi’s. De rctp benadrukt de stimulerende rol die het intermediair kan spelen om werkgevers te activeren en te begeleiden in het transitietraject. De mate van pro-activiteit van intermediairs lijkt te verschillen. Er zit op dit punt zorg bij intermediairs die pensioenadvies niet als hoofdactiviteit hebben. Daar lijkt de pensioentransitie onvoldoende in beeld.

Opstroopeffect
De rctp wijst op het risico van een opstroopeffect als de voor 2026/2027 geplande omzettingstrajecten worden uitgesteld. Voorkomen moet worden dat verzekeraars dat niet meer tijdig kunnen verwerken. Het zou goed zijn als werkgevers worden begeleid om eerder over te stappen om zo de werkzaamheden te kunnen spreiden. Van werkgevers vraagt dit flexibiliteit te tonen in de beoogde overstapdatum.

Lerend vermogen
De rctp spreekt zich ook uit over het lerend vermogen in de pensioensector. Bij de verzekeraars en de ppi’s komt het leren van elkaar minder van de grond als bij de pensioenfondsen. Reden is dat dit concurrentieel lastig ligt.

Verkorten doorlooptijden en meer spreiding
De rctp doet de aanbeveling om de transitie van de regelingen bij een verzekeraar of ppi meer te spreiden over de komende jaren. De rctp wijst hierbij op de verantwoordelijkheid van werkgevers, het intermediair en verzekeraars/ppi’s. Het is zaak dat doorlooptijden merkbaar worden verkort om de transitie binnen de gestelde termijn te halen. Er is vooralsnog geen aanleiding om de uiterste transitiedatum te verschuiven. In de volgende rapportage(s) zal de rctp hierover opnieuw een uitspraak doen.