Mag een verzekeraar een belangenbehartiger bij letselschade weigeren?
Op 15 oktober heeft het Gerechtshof Arnhem – Leeuwarden een verzekeraar terechtgewezen in een zaak waarin deze verzekeraar weigerde om zaken te doen met een letselschadebureau. In principe staat het een slachtoffer vrij om zelf een letselschadebureau uit te kiezen. Volgens het hof mag een verzekeraar dat alleen weigeren wanneer zij daarvoor goede redenen heeft. Daarvan zal met name sprake zijn als er – door de bemoeienis van de belangenbehartiger – gegronde redenen zijn om te vrezen dat het schaderegelingsproces met de benadeelde niet goed zal verlopen of onnodige vertraging zal oplopen.
De rechter hanteert als eerste uitgangspunt dat een benadeelde vrije keuze heeft in de te kiezen belangenbehartiger. Die belangenbehartiger moet de zorg van een goed opdrachtgever in acht nemen. Dat betekent ondermeer dat de belangenbehartiger bepaalde kennis moet hebben. De rechter citeert hierbij uit het recente rapport van het Wetenschappelijk Onderzoek- en Datacentrum (WODC). Zo moet de belangenbehartiger ondermeer kennis hebben van de toepasselijke rechtsregels, de bestaande gebruiken in de letselschadebranche, de vaardigheid om in te schatten welke informatie er nodig is en welke processtrategie de beste is in de specifieke situatie.
“Een belangenbehartiger die bij de uitvoering van zijn werkzaamheden niet voldoet aan de vereisten [die in het rapport van de WODC worden genoemd], schiet in beginsel tekort in de nakoming van zijn verplichtingen uit de overeenkomst van opdracht met de benadeelde, met alle juridische gevolgen van dien”, aldus de rechter.
Het tweede uitgangspunt dat de rechter hanteert is dat verzekeraars vrij zijn te bepalen met welke belangenbehartigers zij in zee gaan. Maar ook hierbij gelden kanttekeningen, want een te ruime interpretatie hiervan zou ertoe kunnen leiden dat verzekeraars geen zaken zouden willen doen met belangenbehartigers die hun werk zo goed doen dat ze een hogere schadelast bij verzekeraars veroorzaken.
Belangrijk in de uitspraak van het Hof is de zin: “De verzekeraar mag bij haar beslissing om een belangenbehartiger te weigeren ook betekenis toekennen aan het feit dat de belangenbehartiger ‘ongebonden’ is”. Daarbij geeft de rechter aan dat een belangenbehartiger die is aangesloten bij (ondermeer) het Nationaal Keurmerk Letselschade aan bepaalde (opleidings-)eisen moet voldoen die niet voor ongebonden belangenbehartigers geldt.
Financieel adviseurs worden regelmatig betrokken bij de afwikkeling van een ongeluk. Zo kan het bij een ongeluk waarbij een aansprakelijke derde letselschade heeft veroorzaakt zomaar gebeuren dat de klant aan jou als adviseur vraagt of je een letselschadespecialist kunt aanbevelen. In een eerder ledenbericht hebben wij geadviseerd om bij voorkeur door te verwijzen naar letselschadespecialisten die zijn aangesloten bij het Nationaal Keurmerk Letselschade. Op de website van het Nationaal Keurmerk Letselschade kun je vinden welke letselschadepartijen in Nederland in het Keurmerkregister zijn ingeschreven.